Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En wij bidden u, broeders, [26]erkent degenen, die onder u [27]arbeiden, en uw [28]voorstanders zijn [29]in den Heere, en [30]u vermanen; 26. Namelijk voor zodanigen als zijn vanwege hun beroep zijn, en behoren gehouden te worden. Zie 1 Kor.16:18. 27. Namelijk in het woord en de leer, gelijk hij daar bijvoegt, 1 Tim.5:17. 28. Namelijk nevens de leraars in de regering der gemeente en uitoefening der tucht, gelijk de apostel deze twee soorteen van ouderlingen ook klaarlijk onderscheidt, 1 Tim.5:17. 29. Dat is, in het werk des Heeren, namelijk om die te onderscheiden van de werelse overheden, waar zij onder stonden. 30. Dit kan beiden worden verstaan, zo van de ouderlingen, die in het woord arbeiden, alsook van degenen, die alleen voorstanders zijn in de regering, welken de bijzonder vermaningen ook toekomnen nevens de leraars. Zie hiervan Rom.12:8; 1 Kor.12:28.